Paddenstoelen


Sinds ongeveer 1996 ben ik steeds meer geïnteresseerd geraakt in paddenstoelen. Dat is eigenlijk pas echt begonnen na mijn afstudeervak met graslandpaddenstoelen als onderwerp (zie opleidingen).

Wat mij zo aantrekt bij paddenstoelen is vooral de grote rijkdom aan kleuren, vormen en verrassingen. In Nederland komen ruim 5000 soorten paddenstoelen voor die allemaal min of meer verschillend zijn van kleur (van wit en grijs tot alle denkbare kleuren van de regenboog) en vorm (koraalvormig, schotelvormig, korstvormig en natuurlijk ook hoedje-steeltje). Niet alleen met "het blote oog" zijn de paddenstoelen interessant. Ook met een loep of onder een microscoop valt er heel veel aan te zien.

Zoals waarschijnlijk iedereen wel weet zijn paddenstoelen vooral in de herfst te zien. In tegenstelling tot bijvoorbeeld planten zijn ze echter niet altijd te zien. Vooral de hoeveelheid regen en de temperatuur zijn voor de groei van de paddenstoelen van groot belang. Soms staan de paddenstoelen ergens maar een paar uur en dan zijn ze weer verdwenen. In droge jaren zijn sommige soorten helemaal niet te zien. Zo weet je dus nooit wat je kunt verwachten. Hoe vaak je een gebied ook bezoekt; iedere keer zijn er toch weer nieuwe verrassingen te zien.

Mede omdat veel paddenstoelen erg variabel zijn, is het meestal nodig om paddenstoelen mee naar huis te nemen om ze te determineren. Vaak is het dan nodig om de soorten microscopisch te bekijken. Bij een vergroting tot wel 1000 keer kunnen vormen en maten van sporen en speciale cellen gezien en gemeten worden. Met behulp van speciale literatuur (inmiddels een paar boekenkasten vol) worden de soorten gedetermineerd. Onder de microscoop zijn de paddenstoelen zeker zo mooi en interessant als in het veld. De laatste jaren gebruik ik ook DNA om paddenstoelen te determineren.

Om meer te leren van paddenstoelen, en omdat het leuk is om met anderen mijn gekte te delen, heb ik mij al snel aangemeld bij de Nederlandse Mycologische Vereniging (NMV). Ik ga regelmatig naar lezingendagen en ga soms met excursies en weekenden mee of publiceer in het tijdschrift "Coolia". Jarenlang ben ik op werkweek gegaan. Tijdens die werkweken wordt overdag op excursie gegaan en worden paddenstoelen bekeken, gefotografeerd en meegenomen. 's Avonds, en soms tot in de nacht, worden de verzamelde paddenstoelen gedetermineerd.

Van 2000 tot 2004 ben ik lid geweest van de Commissie paddenstoelen en Natuurbehoud van de NMV. In deze commissie hebben we onder andere gewerkt aan het in kaart brengen van de belangrijkste paddenstoelgebieden in Nederland (de Kroonjuwelen), het plukstandpunt en paddenstoel-vriendelijke beheeradviezen.

Sinds 2021 ben ik bestuurslid (secretaris) van de NMV. Ik verzorg de aankondigingen en verslaglegging van de vergaderingen en ben aanspreekpunt voor veel vragen. Daarnaast heb ik de aanpassing van de statuten geregeld, lezingendagen georganiseerd en een grote publieksinventarisatie van de Vliegenzwam georganiseerd.

Ik vind in principe alle paddenstoelen erg interessant en ben niet gespecialiseerd in een bepaalde groep. Een tijdje heb ik me gefocust op knotszwammen en koraalzwammen. Van de vindplaatsen heb ik tientallen vegetatieopnamen gemaakt om een beeld te krijgen van de vegetatietypen waarin die soorten voorkomen. Door drukke andere bezigheden heb ik dit project even geparkeerd. Misschien dat ik er over een tijdje weer mee verder ga.

Het liefste zou ik veel meer tijd vrijmaken om naar paddenstoelen te kijken. Voor de komende jaren zal het echter op een lager pitje moeten staan omdat ik ook genoeg tijd wil overhouden voor mijn werk, Taran, Merijn en natuurlijk Loekie.